Paragraaf Subsidies

De begrotingssubsidie aan Damen Financial Participations Holding B.V t.b.v. exploitatie veerdienst Maassluis-Rozenburg voor een bedrag van € 378.083 (beleidsdoel 2-1)
Voor de veerverbinding tussen Maassluis en Rozenburg hebben GS in juli 2023 besloten om een tijdelijke exploitatieovereenkomst aan te gaan met Damen Financial Participations Holding B.V. Bij het aangaan van de tijdelijke exploitatieovereenkomst is afgesproken dat Damen Financial Participations Holding B.V. de aanloopkosten van de exploitatieovereenkomst en de inhuurkosten van de onderaannemers na het faillissement van de vorige exploitant in rekening mag brengen in de eerste periode van de exploitatieovereenkomst. Anders had de provincie zelf de onderaannemer langer moeten inschakelen en de kosten van het vervangend vervoer moeten betalen. In 2023 is afgesproken deze kosten te vergoeden. Hiervoor is er een aanvullende subsidie nodig voor het jaar 2023, die in het jaar 2025 wordt verstrekt. Bij de vaststelling van de Voorjaarsnota 2025 en de Kadernota 2026-2029 is hiervoor € 239.704 gereserveerd. Daarnaast is er € 138.379 gereserveerd voor de opbrengstenderving van Damen Financial Participations Holding B.V. in 2023. Aan Damen Financial Participations Holding B.V. wordt hiermee, conform de besluitvorming van PS over de Voorjaarsnota op 9 juli 2025, voor de periode van 10 juli 2023 tot en met 31 december 2023 een aanvullende subsidie beschikbaar gesteld van € 378.083 voor de exploitatie van de veerdienst Maassluis-Rozenburg, waarmee de subsidie 2023 in totaal € 1.028.083 bedraagt. Van de aanvullende subsidie wordt € 239.704 begroot in de vorm van een begroting-boekjaarsubsidie voor de exploitatie van de veerdienst in 2023. Deze begroting-boekjaarsubsidie wordt in 2025 aanvullend op de in 2023 verleende begroting-boekjaarsubsidie verleend. € 138.379 wordt aanvullend op de reeds gereserveerde middelen (€ 50.000) voor de opbrengstgarantie in 2023 gereserveerd. Bij tegenvallende kaartverkoop opbrengsten wordt deze reservering aanvullend uitgekeerd bij de subsidievaststelling. (De provincie garandeert de minimale reizigersopbrengsten van de veerdienst van € 350.000 per jaar, op basis van de afspraken in de tijdelijke exploitatieovereenkomst met Damen). Dekking van de subsidie wordt gevonden onder Beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen (reserve Bereikbaarheid).
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-1 Stimuleren transitie naar duurzaam, veilig en slim personenvervoer en beleidsprestatie 2-1-2 Adequaat en duurzaam aanbod openbaar vervoer. Dit draagt bij aan een sociaal, veilig, betrouwbaar, betaalbaar, beschikbaar en comfortabel vervoer van reizigers uitgevoerd door de exploitant van veer Maassluis-Rozenburg.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument, gelet het feit dat er geen direct prestatie ten gunste van de provincie wordt geleverd. De exploitatie van de veerdienst geschiedt op basis van de tijdelijke exploitatieovereenkomst met  Damen Financial Participations Holding B.V. voor de veerdienst Maassluis-Rozenburg, waarin ook de (geïndexeerde) subsidieverstrekking is vastgelegd.  Er zijn daarom geen alternatieven voor het instrument subsidieverlening.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 378.083 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Qbuzz t.b.v. ERTMS voor een bedrag van € 237.964 (beleidsdoel 2-1)
Qbuzz is in de huidige concessieovereenkomst Drechtsteden/Molenlanden/Gorinchem (DMG) met de provincie Zuid Holland (PZH) overeengekomen dat Qbuzz ERTMS zal implementeren in de voertuigen en in de organisatie, binnen de kaders van de programmadirectie ERTMS (PD).
Vanaf najaar 2021 hebben Qbuzz, de PD en overige stakeholders samengewerkt aan het helder krijgen van de totale implementatieopgave vanuit de PD en de wijze waarop Qbuzz daar invulling aan geeft incl. randvoorwaarden, consequenties/risico’s en kosten. Dit heeft in juli 2022 geleid tot een eerste kostenopgave voor de implementatie van ERTMS in de Qbuzz organisatie en -treinmaterieel, op basis van retrofit van de bestaande treinen. De PD heeft op basis van die kostenopgave geoordeeld dat de kosten van retrofit van de bestaande treinen weliswaar realistisch, verklaarbaar en daarmee rechtmatig zijn maar echter niet doelmatig. Vervolgens is in oktober 2022 door PZH in samenspraak met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) besloten om de bestaande treinen niet om te bouwen naar ERTMS, maar nieuwe treinen aan te schaffen met ERTMS. Qbuzz doorloopt inmiddels conform wet- en regelgeving een inkoopprocedure middels een Europese aanbesteding voor de verwerving van de nieuwe treinen voor de Merwedelingelijn. Voor het rijden van die nieuwe treinen zijn ook aanpassingen nodig aan de infrastructuur. De totale opgaven die nu aan de stakeholders (Qbuzz, PZH, Ministerie van I&W, PD/ProRail) wordt gesteld is een programma dat uiteenvalt in diverse projecten/taakstellingen. De subsidieverlening betreft de implementatie van ERTMS binnen de Qbuzz organisatie en voertuigen, binnen de kaders/eisen van PD inclusief het opstellen van de bijbehorende kostenopgave. Eind 2027 komt er een bedrag van € 11.365.768 vanuit het ministerie van I&W beschikbaar aan de provincie als bijdrage in de kosten voor de vervroegde afschrijving van het oude materieel. De provincie legt een vergelijkbaar deel bij en keert dit uit aan Qbuzz. Bij elkaar is dat zo’n 50% van de kosten. Qbuzz betaalt de andere helft.
Hiermee wordt de definitieve indexatie van 2024 en 2025 op basis van de definitieve IBOI bijgewerkt. Omdat de hoogte van de IBOI pas na Prinsjesdag door het ministerie van Financiën wordt gepubliceerd, wordt de hoogte van het subsidieplafond jaarlijks bij de Najaarsnota bijgesteld. Verwezen wordt naar de wijzigingsbeschikking zoals verzonden door het ministerie van IenW (kenmerk IENW/BSK-2025/248386). Het betreft een ophoging van de eerdere subsidie van € 18.404.884 met € 237.964 naar € 18.642.848, zijnde de verhoging van prijspeil 2023 naar prijspeil 2025. Dekking wordt gevonden onder beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen. Jaarlijks worden de nog niet betaalde voorschotten, exclusief de bijdrage voor de afschrijving van het oude materieel, geïndexeerd met de door het Ministerie van I&W gepubliceerde index bruto overheidsinvesteringen (IBOI).
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-2 Adequaat en duurzaam aanbod openbaar vervoer. Dit draagt bij aan de continuïteit van de dienstverlening op de Merwedelingelijn.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Met in acht neming van de Wet Personenvervoer 2000 is de concessie Drechtsteden, Molenlanden en Gorinchem gegund aan Qbuzz. Onderdeel van het Programma van Eisen van deze concessie was medewerking aan de implementatie van het nieuwe veiligheidssysteem ERTMS, waarvoor middelen door het ministerie van IenW ter beschikking worden gesteld aan de provincie. Deze middelen worden conform het PvE verleend aan Qbuzz. Subsidie is het meest geëigende instrument, aangezien het hier gaat om financiële middelen, verstrekt door een bestuursorgaan met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 237.964 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Gemeente Capelle ad IJssel t.b.v. Planuitwerking Algeracorridor voor een bedrag van € 1.129.680 (beleidsdoel 2-1)
Het project Algeracorridor heeft als doel om de verkeersproblemen op deze cruciale verkeersader, die Capelle, Krimpen en Krimpenerwaard verbindt met Rotterdam en de A16, aan te pakken. Ondanks eerdere inspanningen blijven er uitdagingen bestaan voor het wegverkeer, openbaar vervoer (OV) en fietsverkeer. Tijdens het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) overleg in november 2022 hebben diverse partijen afspraken gemaakt over de financiering van doorstromingsmaatregelen en het onderzoeken van een mogelijke langzaam verkeerverbinding (LVV) over de IJssel.

De planuitwerking van de Algeracorridor, inclusief de kosten gemaakt in de kwartiermakersfase, is geraamd op maximaal € 2,9 miljoen. Deze kosten worden verdeeld over de betrokken partijen als volgt:

• Provincie Zuid-Holland (PZH): € 1.365.030
• Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH): € 554.480
• Gemeente Capelle aan den IJssel: € 341.040
• Gemeente Krimpen aan den IJssel: € 341.040
• Gemeente Krimpenerwaard: € 170.520
• Gemeente Rotterdam: € 127.890.

Van dit bedrag is eerder € 14,6 miljoen door Provinciale Staten beschikbaar gesteld als uitvoeringskrediet. Bij de Voorjaarsnota 2025 is voorgesteld om dit uitvoeringskrediet te verhogen met € 0,2 miljoen vanwege het niet activeren van het voorbereidingskrediet voor de langzaamverkeerverbinding en € 6,7 miljoen vanuit de reservering voor de Algeracorridor in het PZI. Dit bedrag zal vanaf 1 januari 2025 jaarlijks worden geïndexeerd op basis van de index Bruto Overheidsinvesteringen (IBOI). De bijdrage zal door middel van begrotingssubsidies aan de gemeenten worden voldaan, waarbij een deel van € 235.350 reeds in 2024 is voldaan en € 1.129.680 verdeeld over 2025 en 2026 nog op de begroting moet worden gebracht.
De dekking voor deze bijdrage is opgenomen in het Programma Zuid-Hollandse Infrastructuur (PZI) 2025-2039. Na de planuitwerkingsfase zal er een Go-No-Go beslissing plaatsvinden om te bepalen of er een realisatiefase volgt op basis van een definitief ontwerp en een SSK raming. De totale bijdrage van PZH aan de Algeracorridor bedraagt € 21.420.000 en is opgenomen in de begroting.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-1 Stimuleren transitie naar duurzaam, veilig en slim personenvervoer. De Algeracorridor fungeert als een cruciale verkeersader, die Capelle, Krimpen en Krimpenerwaard verbindt met zowel de stad Rotterdam als de A16. Ondanks eerdere inspanningen om de doorstromingsproblematiek aan te pakken, blijft het verkeer op de Algeracorridor geconfronteerd met aanhoudende uitdagingen. Het project Algeracorridor heeft als doelstelling om de knelpunten voor het wegverkeer, het OV en de fiets aan te pakken; dit draagt bij aan het uitvoeren van een pakket maatregelen wat de doorstroming bevordert, het openbaar vervoer niet hindert en voor de fiets een verbetering is in zowel doorstroming als verkeersveiligheid.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Met subsidie leveren de gezamenlijke overheden een bijdrage aan de planuitwerking van de diverse maatregelen. oppakken. De provincie Zuid-Holland trekt zich inhoudelijk terug uit het project  en de gemeente Capelle aan den IJssel zal het verdere proces  oppakken. Daarom is subsidie een beter instrument dan opdrachtverstrekking.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 1.129.680 en deze op te nemen in de begroting.

De begrotingssubsidie aan Rotterdam Shortsea Terminals t.b.v. waterstof fieldlab voor een bedrag van € 273.980 (beleidsdoel 2-1)
Op de Rotterdam Shortsea Terminal (RST) wordt een waterstof fieldlab gerealiseerd waarin innovatieve toepassingen van waterstoftechnologie in de logistiek worden ontwikkeld, getest en gedemonstreerd. Centraal in het project staat de ontwikkeling van een modulaire, verplaatsbare waterstofinstallatie (Key Energy Builder) die op locatie groene waterstof kan opwekken, opslaan en overdragen aan verschillende typen voer- en vaartuigen. Daarnaast wordt een in Nederland gebouwde reachstacker op waterstof ingezet en getest in een reële operationele omgeving op de terminal. Het project omvat ook een experience center, waar logistieke dienstverleners, binnenvaart- en shortsea-operators actief kennismaken met de mogelijkheden van waterstof in hun bedrijfsvoering. Hiermee levert het project een concrete bijdrage aan de verduurzaming van de havenlogistiek, stimuleert het innovatie en versterkt het de waterstofeconomie in Zuid-Holland.
Dekking wordt gevonden onder beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-3 Duurzaam en efficiënt goederenvervoer . Het project draagt bij aan de verduurzaming van de logistieke sector door fossiele brandstoffen te vervangen door groene waterstof, wat leidt tot minder CO₂-uitstoot en verbetering van de luchtkwaliteit. Door toepassing en demonstratie van innovatieve waterstoftechnologieën op een operationele terminal wordt de energietransitie in de haven versneld. Het fieldlab fungeert als proeftuin waar kennis wordt ontwikkeld en gedeeld, wat de opschaling van waterstoftoepassingen in de regio stimuleert. Ook wordt het MKB betrokken bij de ontwikkeling van de technologie, wat bijdraagt aan economische innovatie, werkgelegenheid en de versterking van de regionale waterstofketen. Tot slot vergroot het experience center de bewustwording en bereidheid tot overstap naar waterstof onder logistieke partijen.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Met subsidie levert de provincie Zuid-Holland een bijdrage aan het waterstofproject op de Rotterdam Shortsea Terminal. Daarom is subsidie het beste instrument. Er wordt geen directe tegenprestatie voor de provincie geleverd voor de subsidiebijdrage. De bijdrage is vooral bedoeld om de activiteit te stimuleren.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 273.980 en deze op te nemen in de begroting.

Niet van toepassing.