Eerder kregen we rijksbijdragen voor (spoor)infrastructuurprojecten via de Brede Doeluitkering (BDU). In de Overlopende Passiva BDU is nog geld voor lopende PZI-projecten. Als een project(fase) klaar is, boeken we dit geld (via een administratief budget) als uitgave en inkomst. Op basis van het bijgewerkte PZI passen we de verwachte uitgaven en inkomsten aan. Dit is een budget-neutrale omzetting (zie ook baten).

Bij de Jaarrekening 2024 staan kosten voor verschillende fietsprojecten als ’onderhanden werk’ op de balans. Dit is op advies van de accountant. We voegden het budget wat daardoor overbleef toe aan de reserve Bereikbaarheid. We willen deze lasten in de komende jaren alsnog in de exploitatie (overzicht van gebruikt geld) zetten. Dit gaat in overleg met de accountant, en volgens het oorspronkelijke plan. Dekking ten laste van de reserve Bereikbaarheid.

De provinciale bijdrage aan het project N59 Energy Highway was een investeringsproject. Maar in 2024 bleek dat dit niet mocht omdat het om een project van het Rijk gaat. De kosten die we in 2025 nog voor het project verwachten, zijn dan ook voor de exploitatie. Ter dekking viel hiervoor bij de Voorjaarsnota 2025 het investeringskrediet van netto € 5 miljoen vrij.

Bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2024 is motie 1428 door Provinciale Staten aangenomen. Daarin werd door PS verzocht 'om een pakket te verzinnen waarbij het voor gemeentes aantrekkelijker wordt om een locatie beschikbaar te stellen zodat het aantal truckparkeerplaatsen in Zuid-Holland uitgebreid kan worden'. Voor de uitvoering van die motie wordt € 0,1 miljoen geraamd in 2025, € 0,05 miljoen in 2026 en € 0,35 miljoen in 2027.

We bekeken de verschillende budgetten, en hoe het binnen de programma’s en projecten gaat, goed. Op basis daarvan verwachten we een deel van het geld niet in 2025 te gebruiken. Dit geld schuift door naar 2026 en volgende jaren. Dekking ten laste van de algemene middelen.

We geven gemeenten geld voor het regelen van voorzieningen om elektrische voertuigen op te laden (laadinfrastructuur). Die uitgaven zijn lager dan verwacht. Door wisselingen in personeel vallen ook de doorberekende personeelskosten lager uit. De uitgaven worden volledig gedekt door inkomsten (zie baten).

Er zijn verschillende kleine aanpassingen:

• op de initiatiefprojecten in het PZI: tekorten belasten het budget ‘Initiatieffase PZI’. Wat overblijft, gaat naar de algemene middelen;
• bij subsidies zoals de ‘subsidie snelfietsroute Algeracorridor’: hierbij verdelen we de kosten over 2025 en 2026. Dit is op basis van de subsidiebeschikking.

Dekking ten laste van de reserve ’Bereikbaarheid’.

Verschillende kleine aanpassingen. Dekking ten laste van de algemene middelen.

Zie voor een toelichting paragraaf Arbeidscapaciteit.

Door het herrekenen van de toegerekende rentelasten wijzigen de kapitaallasten. Dekking ten laste van het begrotingssaldo.

Voor de snelfietsroute Leiden-Voorschoten zijn middelen vanuit het Rijk ontvangen die voor het project ingezet gaan worden in het jaar 2028. Dit zorgt voor hogere lasten en voor hetzelfde bedrag hogere baten in het project (zie ook baten).  

De oever van het Valkenburgse Meer is gedeeltelijk ingestort. Hierdoor is de situatie nu onveilig. Om te bepalen welke werkzaamheden nodig zijn voor het herstel, voeren we een onderzoek uit. De oever is geen onderdeel van de ambitie Bereikbaar Zuid-Holland; het hoort bij de ambitie Gezonde natuur, toekomstbestendig watersysteem en vitale landbouw. Dekking ten laste van de Ambitie Gezonde natuur.

Voor de jaarlijkse kosten van het planmatig onderhoud, voerden we in de Voorjaarsnota 2025 2 voorzieningen in. Deze voorzieningen vervingen de (egalisatie)reserve Beheer en Onderhoud. Ze zijn er om pieken en dalen in het onderhoudsprogramma Beheer en Onderhoud op te vangen. Niet alle uitgaven mogen via deze voorzieningen worden betaald. We betalen de volgende zaken uit de algemene middelen:

• Werkzaamheden die wij uit laten voeren voor anderen (voornamelijk gemeenten, Rijkswaterstaat, waterschappen). Er zijn extra werkzaamheden (€ 3,3 miljoen) aan bruggen van diverse gemeenten, en de N468 (Hoogheemraadschap van Delfland). Voor deze werkzaamheden ontvangen we een vergoeding (zie toelichting baten);
• Het onderhoud van gebouwen (€ 0,1 miljoen) die eerder overgedragen zijn aan Vastgoed en verkocht gaan worden;
• Onderzoeken uit het project Rijnlandroute (Beleidsdoel 2-1). Er is een bedrag beschikbaar om een aantal onderzoeken uit te voeren. Het gaat om onderzoeken over de thema’s geluid, natuur en milieuaspecten (€ 0,1 miljoen). We verlagen het beschikbare budget (investeringskrediet) in Beleidsdoel 2-1. Hierdoor komt geld vrij (kapitaallasten). Dit gaat naar de algemene middelen. Daarvoor in de plaats komt eenmalig budget beschikbaar in 2025;
• In de voorjaarsnota stopte het gesloten systeem voor bereikbaarheid. We constateerden achteraf dat er te veel geld terug is gegaan naar de algemene middelen. Dit herstellen we in de najaarsnota (€ 0,4 miljoen).

Dekking ten laste van de algemene middelen.

Zie voor een toelichting paragraaf Arbeidscapaciteit.

Door het herrekenen van de toegerekende rentelasten wijzigen de kapitaallasten. Dekking ten laste van het begrotingssaldo.

Eerder kregen we rijksbijdragen voor (spoor)infrastructuurprojecten via de Brede Doeluitkering. In de overlopende passiva  (OVP) is nog geld voor lopende PZI-projecten. Als een project(fase) klaar is, boeken we dit geld (via een administratief budget) als uitgave en als inkomst. Op basis van het bijgewerkte PZI passen we de geraamde uitgaven en inkomsten aan. Dit is een budget-neutrale omzetting (zie ook lasten).

We geven gemeenten geld voor het regelen van voorzieningen om elektrische voertuigen op te laden (laadinfrastructuur). Die uitgaven zijn lager dan verwacht. Door wisselingen in personeel vallen ook de doorberekende personeelskosten lager uit. De uitgaven worden volledig gedekt door inkomsten (zie lasten).

Verschillende kleine aanpassingen. Dekking ten laste van de algemene middelen.

Voor de snelfietsroute Leiden-Voorschoten zijn middelen vanuit het Rijk ontvangen die voor het project ingezet gaan worden in het jaar 2028. Dit zorgt voor hogere lasten en voor hetzelfde bedrag hogere baten in het project (zie ook lasten).  

In 2025 voeren we voor € 3,3 miljoen extra werkzaamheden uit voor anderen (zie toelichting lasten). Hier staan extra baten tegenover. Dekking ten laste van de algemene middelen.
De opbrengsten van de leges (soort administratiekosten) moeten gelijk zijn aan de kosten. De kosten stegen in 2025 omdat het aantal aanvragen steeg. Daarom verhogen we de leges in 2025 met € 0,1 miljoen. Dekking ten laste van de algemene middelen.